Licht in de nacht
Telkens wanneer iets nieuws in ons geboren wil worden, doet het aanvankelijk
pijn. We willen liever verder leven als we dat gewend zijn. Wij zien dan ook
niet dat wij misschien dicht bij een doorbraak van een stuk nieuw leven in ons
staan. Wij ervaren ons in het donkere niemandsland van de nacht, waar we geen weg
meer zien.
De nacht, dit stukje niemandsland, nodigt ons uit, hetgeen verdrongen,
onderdrukt en duister is in onszelf onder ogen te zien. Afdalen in de diepe
put, en hier God ontmoeten.
In de nacht ontdekken: God komt ons tegemoet in de duisternis.
In de stilte van de nacht begint ons hart te roepen.
En het is hier, in de stilte van de nacht, waar ik misschien voor het
eerst mijn eigen, diepste stem begin te horen.
En misschien hier, in de soms wanhopige stilte van de nacht, ontdekken
dat ik er mag zijn, zomaar, zoals ik ben. En dat er Iemand bij mij is, zomaar,
ín de duisternis, en op mij wacht.
Midden in het donkere licht van de nacht thuis mogen komen bij onszelf
- en opnieuw geboren worden.
Misschien dat de nacht lang zal duren, maar er is Iemand die mij licht laat
ontdekken, onverwacht, hoe klein dan ook.
Midden in het donkere licht van de nacht wacht God om in mij geboren te
worden.
En wanneer God in mij geboren wordt, wordt ook mijn donkere nacht een
waarachtig heilige nacht.
Dan gaat er een licht in ons oplichten, dat ons roept om op te staan:
Sta op en schitter, je licht is gekomen,
over jou schijnt de luister van de Heer.
Duisternis bedekt de aarde en donkerte de
naties,
maar over jou schijnt de Heer,
zijn luister is boven jou zichtbaar. (Jes 60,1-3)
Reacties
Een reactie posten